René Berends, Marja Out & Vera Otten-Binnerts (2023)

Het daltonCafé

De Nederlandse Dalton Vereniging organiseert al sinds 2020-’21 periodiek een DaltonCafé. Ontstaan uit de Dalton Onderzoeks Groep (DOG) groeide het café in Coronatijd uit tot een populair online platform waar daltonianen (PO en VO) elkaar rond interessante onderwerpen en ontwikkelingen ontmoeten en waarbij onderzoek en praktijkervaringen centraal staan. De organisatie ligt in handen van de bestuursleden Vera Otten-Binnerts en Marja Out en de lectoren Patrick Sins & Symen van der Zee.

Op 20 november jl. stond het DaltonCafé in het teken van ‘samenwerken op het Dalton Technasium’. Lenny Monté-Krap geeft Scheikunde op het Stedelijk Dalton College Alkmaar en is als docent voor het vak Onderzoek en Ontwerpen coach op het Technasium. Zij vertelde over de opzet en de werkwijze, twee leerlingen (Ruben Delsman en Stijn Roording) vulden haar aan met persoonlijke ervaringen. Er namen weer veel mensen deel aan het café: 38 in totaal! In dit paper een kort verslag.

Het Dalton Technasium

Naast ‘On stage’ en ‘Original’ biedt het Stedelijk Dalton College Alkmaar een derde stroom: het Technasium. De school is een landelijk ‘erkend’ technasium en combineert deze vorm van onderwijs met het zijn van een daltonschool.

De presentatie begon met een kort introductie filmpje van Stichting Technasium. Het filmpje is terug te zien achter deze QR-code.

Het Dalton Technasium in Alkmaar werkt samen met zeven andere daltonscholen in de regio en met de scholen uit het netwerk Noord-Holland van Stichting Technasium. De ultieme bedoeling achter de technasia is dat leerlingen in Nederland eerder kiezen voor technische vervolgopleidingen.

Projectgestuurd onderwijs

De grondgedachte achter het Dalton Technasium is dat er projectgestuurd gewerkt wordt. In de onderbouw gaat het om drie projecten per jaar van 8 tot 10 weken. In de bovenbouw duren de projecten wat langer: 15-20 weken.

In de laagste groepen worden de projecten en problemen aangereikt, maar in de bovenbouw-groepen moeten de groepen leerlingen zelf op zoek naar opdrachtgevers en opdrachten.

Tijdens de projecten werken de leerlingen samen in groepen. De kern van de projecten is steeds een opdracht die de leerlingen krijgen van bedrijven of van een overheid. In Alkmaar zijn opdrachtgevers bijvoorbeeld: het Hoogheemraadschap, Tatasteel, Schiphol, Bouwend Nederland, Stadswerk 72 en de Artis-Academie.

De opdrachten gaan over reële problemen die tot concrete oplossingen moeten leiden. Ze zijn altijd bèta-technisch van aard. Het bedenken van oplossingen vraagt dan ook om technisch inzicht, maar ook om out-of-the-box-denken en om creativiteit. Het zijn vaak problemen waar opdrachtgevers niet zelf uitkomen. Van te voren is duidelijk dat de bedrijven of overheden eigenaren zijn en blijven van de oplossingen die de leerlingen aanreiken. Het kan dus bijvoorbeeld zijn dat ideeën van leerlingen daadwerkelijk in productie genomen worden of anderszins gebruikt gaan worden. Het zijn dan ook geen makkelijke opdrachten, maar in principe reële problemen en het vraagt kwaliteit om tot bevredigende oplossingen te komen.

De projecten hebben vaak te maken met de doelen van Sustainable Development. Denk aan thema’s als duurzaamheid, zorg en energie. Inhoudelijk gaan de projecten verder ‘alle kanten op’.

Het bedrijf Thorizon vroeg om het maken van een maquette, waarmee ze de werking van een ‘gesmoltenzoutreactor’ zouden kunnen uitleggen aan mensen die er niet in gespecialiseerd zijn.

 Voor een cijfer

Aan het eind van het project presenteren de groepjes hun bevindingen aan hun opdrachtgevers. Daarvoor worden presentaties op school georganiseerd. Een bijkomend voordeel daarvan is dat ook opdrachtgevers elkaar ontmoeten en de presentaties van andere leerlingen hen op ideeën kan brengen. De leerlingen krijgen uiteindelijk een cijfer voor hun project. De helft van deze cijfers wordt gegeven door de opdrachtgevers.

 Kunnen jullie voor Blosse een ventilatiesysteem voor basisscholen bedenken, waarmee de lucht op school verbeterd kan worden?

Onderzoek en ontwerpen is geen vak

Gedurende drie uur per week staat het vak Onderzoek & Ontwerpen werken voor de leerlingen op het rooster. Dan werken ze aan hun projecten. Er staat dan niet een leraar ‘les’ te geven. Hij of zij is dan als coach beschikbaar. Uiteraard vraagt dat coachen van docenten wel om nieuwe vaardigheden. Coaches zijn bijvoorbeeld niet zelf ook specialist op het terrein waar leerlingen mee bezig zijn. Ze kunnen dus vaak leerlingen niet inhoudelijk op weg helpen. Ze kunnen leerlingen wel helpen in hun zoektocht naar informatie. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld experts buiten school consulteren. Dat kunnen dan zelfs studenten op een universiteit zijn, bijvoorbeeld van de TU in Delft.

Uiteraard wordt er bij Onderzoek & Ontwerpen noodzakelijke vaardigheidscursussen gegeven over verschillende inhouden, zoals het opzetten van onderzoeken.

Uiteraard staan de groepen op het Technasium verschillende middelen ter beschikking, zoals een 3D-printer.

Ècht daltononderwijs

De vorm van geproblematiseerd onderwijs dat het Technasium biedt, is met recht ‘dalton’, in de zin dat het breed persoonsvormend onderwijs is. Kinderen ontdekken hun voorkeuren, kwaliteiten en talenten. Niet zelden moeten ze ook buiten hun comfortzone werken. Proefondervindelijk ontdekken ze hun kwaliteiten, maar ook hun beperkingen. Bel maar eens een potentiële opdrachtgever. Ga maar eens voor een groep volwassenen uitleggen wat jij bedacht hebt, voor hun probleem!

Het onderwijs is ook echt dalton omdat het ‘voor het echie’ is. Er wordt een appel op je gedaan en je wordt serieus genomen, maar het vraagt ook om verantwoordelijk gedrag.

Het uitvoeren van projecten vraagt ook om het toepassen van kennis en vaardigheden die in andere vakken ‘droog’ aangeleerd zijn. Je moet foutloos een mail kunnen sturen, je spelling controleren, contacten zoeken, onderzoek doen, luid en met zelfvertrouwen kunnen presenteren en als er gerekend wordt, kunnen daar echt geen fouten in zitten. Stijn en Ruben vertellen, bijvoorbeeld, dat ze nu voor een bedrijf een verslag in het Engels moeten schrijven.

Vaak wordt er in de daltonuren door de groepen leerlingen ook aan hun project verder gewerkt. Soms moet er ook na school wel afgesproken worden.

De vorm waarin oplossingen gepresenteerd worden, is zeer divers. Er wordt bijvoorbeeld een 3D-print gemaakt voor het Delta-zoetwaterproject, maar ook wel een filmpje gemaakt of een one-pager poster gemaakt met technische beschrijvingen.

Natuurlijk wordt lang niet alle tijd door de leerlingen nuttig besteed, maar het basisidee bij dalton is wel dat het hùn tijd is.

De daltonkernwaarden in beeld

Het onderwijs op het Technasium past ook naadloos bij het werken aan de daltonvaardigheden. Misschien is het onderwijs op het Technasium wel het ‘meest’ dalton, dat op het Dalton College gegeven wordt. Er is een grote keuzevrijheid, maar tegelijkertijd ook een grote verantwoordelijkheid. Kinderen leren plannen. Ze maken een onderzoeksplan dat ook uitgevoerd moet worden. Ze werken zelfstandig en zelfsturend en reflecteren gaat hier om waar reflecteren voor bedoeld is. Het gaat erom van werkervaringen leerervaringen te maken. Ze moeten leren van hun werk, want het product moet ‘af’ en gepresenteerd worden. Voor het reflecteren wordt gebruik gemaakt van de methode STARR. Kinderen houden ook precies bij in een logboekje wat ze doen. Handig voor het verslag.

Er wordt onder tijdsdruk gewerkt. Soms is het moeilijk, maar dat is allemaal niet heel erg. Het is zeer motiverend om op deze manier onderwijs te volgen.

In de groepen moet uiteraard op een democratische wijze samengewerkt worden. Soms betekent dat samen brainstormen, samen in dialoog zijn, samen afspraken maken en vaak ook samen erop uitgaan. Het gaat ook om werk te leren verdelen, elkaars talenten te gebruiken en van elkaars ervaring te leren. Het gaat om samen presenteren, samen elkaars inzet en inbreng beoordelen en samen reflecteren op het proces en het product en op ieders bijdrage en inzet.

In eerste instantie worden groepen door de docenten ingedeeld, maar ook het samenstellen van groepen gaan leerlingen vervolgens zelf doen.

 In het SAR-project werd de vraag gesteld hoe een reddingshelikopter zo ingericht kan worden, zodat er meer mensen tegelijkertijd vervoerd kunnen worden, zonder dat er minder reddingsmiddelen meegaan.

 Groei over de jaren heen

Stijn (5-vwo) heeft vanaf het derde leerjaar op deze projectmatige manier geleerd en is, nu hij in de bovenbouw zit, ervaren in wat er van leerlingen gevraagd wordt. Ruben is in de bovenbouw ingestroomd (5-vwo).

Stijn geeft aan dat hij door zijn ervaring een groei heeft ervaren in vaardigheden die bij deze vorm van onderwijs nodig is. Hij kan anderen helpen, overziet projecten en problemen snel.

Onderoek & Ontwerpen is een examenvak, al is er geen centraal schriftelijk. Leerlingen moeten aan het eind een meesterproef doen, dat op school zelf beoordeeld wordt.

Uiteindelijk is het de bedoeling van Technasia dat leerlingen ook een bèta-vervolgopleiding gaan volgen. Ja, is het antwoord. Bij de één zeker. Die wil naar Delft; De ander wil radiotherapeut worden, al is Nederlands studeren toch ook nog wel een optie.

Het volgende DaltonCafé is op 22 januari 16.00-17.00 uur. Dan is het thema Dalton en burgerschap.

Deel deze pagina

Uitgelicht