Het is de dooddoener die elke docent altijd weer raakt: ‘Ja, maar jullie hebben zo ontzettend veel vakantie’. Vanaf mijn eerste jaar als docent Klassieke Talen kwam het elke verjaardag weer voorbij: ‘Jullie in het onderwijs moesten eens wat minder zeuren en gewoon aan het werk gaan’. ‘Lekker hoor, om drie uur al naar huis’. ‘Zeven weken vakantie (ja, dat was toen nog zo) en maar klagen…’

Ik had altijd direct de neiging om in de verdediging te schieten en uit te leggen dat het zo niet werkt, dat we die uren echt wel maken in de andere weken, dat als de leerlingen om drie uur naar huis gaan, wij echt nog niet uitgewerkt zijn, dat we ook in de vakanties echt wel proberen al die dingen te doen waar we in de weken met leerlingen in een lokaal niet aan toe zijn gekomen, dat we ook echt wel vaak ’s avonds en in het weekend nog bezig zijn.

Het is mij nooit gelukt om dat beeld van eindeloze vakanties en vrije tijd weg te nemen. Zelfs nu het lerarentekort ons in alle sectoren van het onderwijs over de plinten klotst – voorzover een tekort kan klotsen -, blijkt diezelfde zee aan vrije tijd en vakantie niet voldoende om genoeg mensen te verleiden om onze teams te versterken. En gelukkig maar! Want als dat de motivatie zou zijn om het onderwijs in te gaan, kom je bedrogen uit.

Maar laten we vooral ook de positieve kant van de vakantie benoemen: natuurlijk is zes weken in een ander ritme leven fijn! Er is tijd voor herbezinning, nadenken over prioriteiten en ruimte om te reflecteren: wat is belangrijk, wat maakt mij gelukkig, hoe wil ik het komend schooljaar beginnen, mijn nieuwe agenda: lekker leeg nog, laat ik die nou eens echt netjes bij gaan houden…

En ook voor leerlingen is het mooi, zo’n lange periode van geen verplichtingen, geen stress, onthaasten, andere contacten, je vervelen, meer contact met gezinsleden, misschien een andere omgeving, in ieder geval andere dingen doen. Tijd om na te denken, over jezelf en je eigen leven. Tijd om niks te doen, zonder dat er iemand roept: ‘Zeg, ga eens aan het werk!’ Een ander slaapritme, een ander dagtempo, verandering van vaste patronen. Goed voor de psychische gezondheid, ook al kan het ook juist pittig zijn, als alle vastigheid weg valt. Maar ook dat is waardevol.

Wat ook fijn is: elk jaar kunnen wij een nieuwe start maken: nieuwe leerlingen, nieuwe groepen, nieuwe collega’s, nieuwe energie. Goede voornemens maken, niet in januari, maar juist in augustus/september, als de zon nog af en toe schijnt en de natuur nog groen is. Als er één daltonkernwaarde centraal staat in een vakantie is het reflectie: nadenken over alles wat het vak van leerkracht/docent/OOP-er/Schoolleider de moeite waard maakt. En vanuit die waarden weer werken aan de andere kernwaarden. Dalton is een ‘way of life’ die vraagt om onderhoud, die in elke vakantie weer afgestoft kan worden en weer opnieuw vorm kan krijgen. Ik hoop dat iedereen de energie van de vakantie meeneemt het nieuwe schooljaar in en dat we met z’n allen het daltononderwijs weer een mooie start gaan geven.

Op de gesprekskaarten van de daltonspiegel (te vinden op de website van de NDV) zijn mooie openingsvragen te vinden om met je team weer een nieuwe start te maken: spreek ze weer eens door met elkaar en neem de tijd om niet direct weer in de waan van de dag te stappen, maar juist ook weer de kernwaarden van dalton centraal te stellen. Een mooier begin kun je niet maken!

Elvira van den Hoek

Deel deze pagina

Uitgelicht